Dit spel staat ook wel bekend onder de naam Punto Banco. Baccarat behoort tot de meest legendarische gokspelen ter wereld. Iedereen heeft weleens van dit spel gehoord, al zijn er gek genoeg niet veel mensen compleet bekend met de regels van dit spel. De grote naamsbekendheid heeft baccarat dan ook te danken aan het feit dat het behoort tot de meest historische gokspellen ter wereld.

Al in de 15e eeuw werd baccarat voor het eerst genoemd in oude documenten in Italië. Bekend werd het pas toen het spel ook bij de Fransen flink aan populariteit won en het zijn debuut maakte in casino’s zoals die in Monte Carlo. Hoewel het spel door al die eeuwen heen flink wat wijzigingen heeft ondergaan en het hedendaagse spel niet bijster veel overeenkomsten heeft met dat van vroeger, wordt het toch gezien als het langst bestaande klassieke casinospel.

De regels van baccarat

De regels van baccarat lijken erg lastig, maar als je het eenmaal een paar keer hebt gespeeld valt het reuze mee. Het gaat erom dat de 2 of 3 kaarten die je hebt zo dicht mogelijk bij het cijfer 9 liggen, of in ieder geval dichter bij dit getal dan de kaarten die het casino heeft. Het puntensysteem zit betrekkelijk simpel in elkaar: alle kaarten met een plaatje (boer-vrouw-koning) zijn 10 punten, uiteraard is ook de 10 dat waard. De aas telt echter maar voor 1 enkel puntje. Alle andere speelkaarten hebben gewoon hun eigen waarde, de 5 is bijvoorbeeld 5 punten waard. Waar je je bij een spel als blackjack jezelf dood kan spelen (door boven de 21 punten te komen) is dat niet het geval bij baccarat.

Het spel begint met de gokker die zijn of haar inzet plaatst. Vervolgens geeft de dealer iedere speler twee kaarten, alsmede aan de zogenaamde ‘bankier’ (van het Engelse woord ‘banker’) die je moet verslaan. In tegenstelling tot Blackjack is de score die je hebt niet het opgetelde aantal punten van je twee kaarten. Je score is het  rechter cijfer van een tiental. Laten we het uitleggen aan de hand van een voorbeeld. Je krijgt van de dealer een 9 en een 5. Bij elkaar is dat 14 punten. Je score is op dat moment een 4 – het rechter getal van het tiental. Krijg je dus een koning en een 9 heb je 19 punten – wat de ultieme score is!

Best mogelijke score behalen

Je moet proberen om een zo goed mogelijke score te behalen voordat de bankier het haalt. Als de dealer namelijk bij de banker een score heeft waar het rechter cijfer een 9 of een 8 is na twee gedeelde kaarten, dan wordt het spel stilgelegd. De dealer draait de kaarten van de bankier om en laat de score aan de tafel zien, waarna de punten worden vergeleken wie er het dichtst bij de 9 zit. Heb je dezelfde score als de dealer, speel je gelijk. Met minder punten verlies je uiteraard, en bij meer punten win je.

Mocht de bankier nog geen 8 of 9 hebben dan blijven de kaarten van hem gesloten en is het de beurt van de speler om te kiezen of hij er een kaart bij wil. Mocht de speler nu een 8 of een 9 hebben als score dan win je meteen van het huis. Heb je dit nog niet, is het geheel aan jou of je een extra derde kaart wil. Er is een algemene consensus dat je bij een aantal punten dat tussen de 0 en 4 ligt die derde kaart extra pakt. Bij een score van een 6 of bij een 7 zeggen de meeste gokkers dat het beter is om te passen en geen extra kaart te pakken. Wat je dan doet bij een 5 als score is geheel aan jou aangezien de meningen hier sterk over verdeeld zijn!

Einde van het spel

De bankier krijgt standaard geen derde kaart. Nadat alle spelers dus hebben gekozen of ze willen passen of die derde kaart willen, worden alle kaarten op de tafel opengelegd om de punten te vergelijken. Zoals eerder gezegd: je wint als je score dichter bij 9 ligt dan de bankier. Bij een gelijk aantal punten speel je gelijk.